Femke Halsema en Ineke van Gent (beiden GroenLinks), Mark Rutte (VVD), Bas-Jan van Bochove (CDA), Ronald van Raak (SP), John Leerdam (PvdA) hebben staatssecretaris Ank Bijleveld in schriftelijke vragen opgeroepen te erkennen dat er sprake is van ‘onbehoorlijk bestuur’ op Curaçao. De Kamerleden willen dat er snel een eind komt aan de milieuverontreiniging door de sterk verouderde raffinaderij op het eiland, waardoor jaarlijks minstens 18 eilandwoners vroegtijdig overlijden en vele honderden ziek worden. Nederland kan de ogen niet blijven sluiten voor dit grove milieuschandaal binnen het Koninkrijk.
Alleen al deze maand april werd de omgeving van de raffinaderij – waar veel mensen wonen – tweemaal dagenlang in dikke, zwarte, giftige rook gehuld. De oorzaak was beide keren een ‘totale shutdown’ van de raffinaderij, een grote storing waarbij de raffinaderij helemaal plat gaat. Eerder gebeurde dat in december vorig jaar. (Toen stelde GroenLinks ook schriftelijke vragen, waarop de staatssecretaris zeer ontwijkende antwoorden gaf. (http://www.groenlinks.nl/2ekamer/GL-kamervragen%2021%20feb.pdf)) Afgezien van de shutdowns, overtreedt de raffinaderij stelselmatig de milieunormen voor zwaveldioxide. In 2006 gebeurde dit op 190 dagen. Dat de eilandregering hier niet tegen optreedt, ondanks dat de Hindervergunning van de raffinaderij het wel mogelijk maakt, is zonder meer een kwestie is ‘onbehoorlijk bestuur’. Ook heeft noch de raffinaderij noch de Antilliaanse overheid de bevolking ooit gewaarschuwd tegen de gevaren van de raffinaderij. Ook bij de recente ‘shutdowns’ hulden regering en raffinaderij zich in een groot stilzwijgen. Scholen moesten op die dag op eigen houtje in allerijl hun leerlingen naar huis sturen, omdat het in de lokalen niet te harden was van de rook.
De ‘shutdown’ op 9 april gebeurde één dag na het bezoek van Bijleveld aan de Antillen, waar ze door eilandbestuurders ervan werd verzekerd dat het probleem van de raffinaderij ‘meer dan voorheen serieus genomen wordt’. In de praktijk valt hier dus nog niets van te merken. Het is de hoogste tijd om in te grijpen, om zo een eind te maken aan de stroom van slachtoffers.
De Kamerleden van GroenLinks, SP, CDA, VVD en PvdA stelden de volgende vragen:
Vragen van de leden Halsema (GroenLinks), Van Gent (GroenLinks), Van Bochove (CDA), Van Raak (SP), Rutte (VVD) en Leerdam (PvdA) aan de staatssecretaris van BZK over de ISLA-raffinaderij op Curaçao
1.Bent u ervan op de hoogte dat op 9 en 14 april 2008 opnieuw een “totale shutdown” van de ISLA-raffinaderij heeft plaatsgevonden waarbij dagenlang grote hoeveelheden roet en zwavel zijn uitgestoten, wat tot twee keer toe leidde tot grote overlast en gedwongen evacuatie van scholen?1
2.Hoe beoordeelt u de veelvuldige en ernstige overschrijding door de ISLA-raffinaderij van de zwaveldioxidenorm uit de vergunning van de raffinaderij (bijvoorbeeld in 2006 op 190 dagen), die is aangetoond door metingen door de ISLA zelf (ingeleverd bij de Milieudienst), en wederom is aangetoond door recente metingen, en dus losstaat van het vonnis van 30 oktober 2007 van het GHvJ (dat hier ook op ingaat)?
3.Bent u ervan op de hoogte dat de Antilliaanse overheid tot op heden de burgers niet heeft geïnformeerd of gewaarschuwd tegen de gevaren als gevolg van de stelselmatige overschrijding van de zwaveldioxidenorm, terwijl zij op de hoogte is van die gevaren die veroorzaakt worden door het handelen van de ISLA-raffinaderij in strijd met de geldende Hindervergunning, en dat aldus Artikel 2 en 8 EVRM geschonden wordt?
4.Bent u ervan op de hoogte dat de Antilliaanse overheid tot op heden niet heeft opgetreden tegen de stelselmatige overschrijding van de zwaveldioxidenorm terwijl de geldende Hindervergunning haar daartoe mogelijkheden biedt?
5.Hoe beoordeelt u het dat gedeputeerde Davelaar van Gezondheid en Milieu in een gesprek op 11 april jl. met SMOC-voorzitter Peter van Leeuwen heeft aangegeven niet op de hoogte te zijn van de normoverschrijdingen in 2006?
6.Deelt u de visie dat er ten aanzien van de ISLA sprake is van onbehoorlijk bestuur, aangezien u in de antwoorden op eerdere Kamervragen schrijft dat u “een effectief toezicht op de naleving van wettelijke voorschriften verbonden aan vergunningen ter voorkoming van ernstige milieuverontreiniging een onderdeel van behoorlijk bestuur [acht]”2 en het onweerlegbaar ontbreekt aan dit effectieve toezicht, gezien o.a. het niet-optreden van de Antilliaanse overheid tegen de stelselmatige overschrijding van de zwaveldioxidenorm? Zo nee, waarom niet?
7.Bent u ervan op de hoogte dat onherroepelijke uitspraken in de lopende rechtzaken nog jaren op zich kunnen laten wachten, bijvoorbeeld omdat de ISLA al heeft aangegeven in de civielrechtelijke zaak – na afloop van het hoger beroep – ook nog in cassatie te zullen gaan?
8.Acht u het verantwoord en opportuun om al die tijd te wachten alvorens u uit te spreken over de erbarmelijke toestand van milieuhandhaving ten aanzien van de raffinaderij? Zo ja, waarom?
9.Waarom acht u het zo belangrijk dat het eiland nieuwe contractonderhandelingen voert met de PdVSA waarbij “(internationaal) aanvaardbare milieustandaarden prioriteit hebben” 3, terwijl er nu al (sinds 1997) milieunormen gelden voor de raffinaderij, die stelselmatig worden geschonden zonder dat daartegen wordt opgetreden? Wat is – bij aantoonbaar gebrek aan handhaving – de toegevoegde waarde van een nieuw contract?
10.Deelt u de visie dat er slechts sprake is van een vertragingstactiek, aangezien de ISLA zelf heeft aangegeven4 ook na zgn. “upgrading” niet aan internationaal aanvaardbare milieustandaarden te kunnen voldoen, en contractonderhandelingen over het voldoen aan internationale standaarden dus zinloos zijn? Zo nee, waarom niet?
11.In hoeverre staat het huidige contract het handhaven van de huidige milieunormen in de weg?
12.Waarop doelt u met uw opmerking dat “het eiland binnen de huidige contractvoorwaarden met het bedrijf teveel beperkt [wordt] in haar probleemoplossend vermogen”?5
13.Deelt u de visie dat alleen bij strengere dan de huidige milieunormen, contractbepaling 6.2 in werking treedt die zegt dat de overheid 50% van de kosten moet bijdragen om te voldoen aan nieuwe milieuwetgeving? Zo nee, waarom niet?
14.Wat verwacht u concreet van de nieuwe milieuwetgeving die het eilandgebied naar verwachting later dit jaar afrondt6, aangezien de bestaande normen voor de raffinaderij daarin onveranderd zijn overgenomen voor de periode tot 2020?
15.Welke concrete verbeteringen verwacht u van het binnenkort te tekenen Memorandum of Understanding door Curaçao en de PdVSA? Waarop baseert u dat?
16.Hoe beoordeelt u het feit dat er geen werkend rampen- of evacuatieplan bestaat voor de omgeving van de raffinaderij, zoals bijvoorbeeld blijkt uit het feit dat bij de recente “shutdowns” de scholen zelf de evacuatie moesten regelen?
17.Welk aandeel van het ISLA-personeel is Antilliaan en om hoeveel personen gaat het dan? Hoeveel draagt de ISLA-raffinaderij indirect bij aan de werkgelegenheid voor Antillianen?
18.Wat is de bijdrage van de ISLA raffinaderij aan de Antilliaanse economie en wat zouden de gevolgen zijn van eventuele sluiting van de raffinaderij, waar President Chavez van Venezuele aan refereerde op 25 maart 2008 tijdens een toespraak op Venezolano de Television?
19.Wanneer ontvangt de Kamer de door u (in antwoord 10 en 11) toegezegde reactie op de brief van SMOC?