Technisch(juridische) toelichting op persbericht SMOC en CAE

1.) Metingen van zwaveldioxide die de overheid verricht bewijzen dat er niet 80 µg/m3 (microgram per kubieke meter) zwaveldioxide in de lucht zit, maar inmiddels meer dan 180 µg/m3.[1] Vergelijk dit eens met Pernis, waar vele raffinaderijen staan, en waar jaarlijks gemiddeld niet meer dan 15-20 µg/m3 wordt gemeten en de huizen niet groen worden. Isla stelt dat ook Nederland zich niet zou houden aan de normen van de WHO (20 µg/m3 per dag). Een snelle, voor het grote publiek toegankelijke, controle hiervan leert juist dat de laatste twee maanden van 2014 in Pernis maximaal 19 µg/m3 en gemiddeld 9.2 µg/m3 op leefniveau is gemeten. Anders dan de Isla beweert, houdt Nederland zich als een van de landen met de hoogste industriële activiteit per km2 zelfs aan de WHO norm.[2] Teleurstellend daarom dat de Isla niet even haar gegevens controleert.

2.) Isla zegt te voldoen aan haar vergunning (80 µg/m3). Zij zou minder dan deze 80 µg/m3 op leefniveau bijdragen aan die enorme hoeveelheden in de lucht die ziekte en vroegtijdige dood veroorzaken. Aangezien de BOO centrale verplicht de ‘smerige’ brandstof van de Isla moet gebruiken, is de Isla wel degelijk verantwoordelijk voor deze uitstoot. Toen de BOO centrale plat lag en daarmee de Isla ook, bedroeg de gemeten concentratie 10 µg/m3. Die werd veroorzaakt door scheepvaart en Aqualectra. De overige vervuiling (170 µg/m3) wordt dus door de Isla en de BOO samen veroorzaakt. Voor de bewoners doet het er echter niet toe of Isla zich aan de vergunning houdt of niet. Als de lucht zoveel giftige stoffen bevat, dan moet daar iets aan gedaan worden. Bij de veroorzakers. Dus bij Isla en BOO. Want bij elkaar mogen zij niet meer dan 80 µg/m3 op leefniveau bijdragen in de lucht, daar was destijds de hindervergunning op afgegeven.

3.) SMOC en Stichting Humanitaire Zorg Curaçao (HZC) hebben in 2010 een civielrechtelijke procedure tegen de Isla glansrijk gewonnen.[3] M.b.t. het aanleveren van juiste informatie in deze rechtsgang oordeelde de rechter in hoger beroep o.a.:

3.8 Door Isla is aangevoerd dat zij na aanvang van deze procedure de nodige maatregelen heeft getroffen om haar uitstoot van zwaveldioxide te beperken, onder meer door toevoeging van DeSox aan de FCCU. Zij verwijst daarbij naar de berekeningen die de   deskundigen van StAB hebben gemaakt op basis van de door Isla verstrekte gegevens. Gelet evenwel op de aannemelijk geachte overschrijdingen door Isla in de jaren voorafgaand aan   dit geding en gelet op de vraagtekens die HZC c.s. hebben gesteld bij onder meer de juistheid van door Isla verstrekte gegevens, de invloed op de zwaveldioxideuitstoot van het “flaren”, de weigering van Isla om meetgegevens te verstrekken en het eerder langdurig uitblijven van geboden investeringen, hebben HZC c.s. nog altijd voldoende belang bij de door hen gevraagde voorzieningen terzake het jaargemiddelde voor zwaveldioxide.

Blijkbaar houdt de rechter er, net als SMOC en HZC, sterk rekening mee dat Isla er een handje van heeft om onjuiste informatie te delen.

 

 

[1] Zie http://www.stichtingsmoc.nl/2015/08/meten-is-weten-om-bestuurlijk-te-handelen/ en http://www.stichtingsmoc.nl/2015/08/juli-2015-uitstoot-zwaveldioxide-en-fijn-stof-sky-high/ en www.luchtmetingencuracao.org.

[2] F. Langeweg (Ed.), Zorgen voor Morgen, Nationale Milieuverkenning 1985-2010 (Alphen aan de Rijn 1988), p. 85.

[3] http://www.stichtingsmoc.nl/2010/01/eindvonnis-civiele-procedure/

Reacties zijn gesloten