Hoger Beroep SMOC e.a. versus olieraffinaderij Isla: voorwoord van voorzitter SMOC

Geachte leden van het Hof,

Als apotheker en oprichter van SMOC in 2001 ben ik, samen met 20.000 andere bewoners onder de rook van de raffinaderij, getuige van een unieke periode in de 100-jarige geschiedenis van de raffinaderij op Curaçao.

De raffinaderij ligt, sinds april 2018, al 8 maanden volledig plat, en er is voor het eerst in honderd jaar sprake van schone lucht. De mensen ervaren hoe schone lucht smaakt, hoe die er uitziet. De bewoners benedenwinds kunnen eindelijk eens frisse lucht inademen, in plaats van de kankerverwekkende, levens verkortende, stinkende lucht die zij gewend zijn. Ze kunnen hun was ophangen zonder dat die zwart wordt, en hoeven hun muren niet te ontdoen van groene aanslag, ze kunnen hun ramen weer openen. Ik zou u willen aanraden, indien u dat nog niet gedaan heeft, zelf een kijkje te nemen in de wijken onder de rook, voordat deze zeldzame periode ten einde is. Immers, de wens van de overheid is, zoals premier Rhuggenaath het onlangs op de televisie verwoordde, dat er zo spoedig mogelijk weer rook uit de schoorstenen van de raffinaderij zal komen.

Van groot belang voor de zaak die wij vandaag behandelen, is dat er nu, voor het eerst, gevalideerde metingen beschikbaar zijn over een zeer lange periode, die exact aangeven wat de bijdrage is van alle overige uitstoters van zwaveldioxide (SO2), alle andere emittenten dan de Isla. Het probleem van metingen is immers, zoals Isla terecht al eerder opmerkte, dat op de moleculen SO2 die gemeten worden geen labeltje zit waar die moleculen SO2 vandaan komen. Slechts de totale hoeveelheid SO2 kan worden gemeten, van alle emittenten bij elkaar. En dus is tot nu toe niet met alleen metingen vast te stellen wat de individuele bijdrage van Isla is, of van CRU, of van Aqualectra, van het verkeer, of van de scheepvaart. Allemaal bronnen van SO2 in de lucht en bronnen waar Isla graag naar wijst als ‘medeschuldigen’ van de wereldrecords brekende luchtmetingen op Curaçao.

Om de individuele bijdrage van Isla te weten te komen zou natuurlijk aan de schoorstenen van Isla gemeten moeten worden, zoals dat bij elke raffinaderij gebeurt, maar hoewel dat wel de afspraak was is dat tot op heden niet het geval. Om de individuele bijdrage van Isla te bepalen zijn we dus aangewezen op het gebruik van een rekenmodel om de hoeveelheid SO2 op leefniveau te berekenen op welke plek dan ook, veroorzaakt door de uitstoot van SO2 uit de vele schoorstenen van de raffinaderij.  Geen meting dus, maar een berekening. Een berekening uitgevoerd met het rekenmodel Aermod, door StAB op basis van de gegevens afkomstig van Isla. Gegevens die niet altijd beschikbaar of juist bleken te zijn, en om het definitieve rapport voor het jaar 2014 op te stellen had StAB ruim een jaar nodig.

Een van onze commentaren was en is dat met de door StAB uitgevoerde berekeningen op basis van de gegevens van Isla nooit de werkelijke gemeten totale hoeveelheid SO2 kon worden verklaard. Als de berekende hoeveelheid van Isla en die van BOO werden opgeteld bleef er nog een enorm verschil met die meting over.

Het verschil moest volgens Isla en StAB afkomstig zijn van de overige bronnen: Aqualectra, scheepvaart en verkeer. Wij hebben dit altijd onderbouwd betwist. O.a. door verwijzing naar metingen tijdens kortere periodes dat Isla en CRU plat lagen. En door met een raffinaderij expert aan te tonen dat de emissie van Isla veel hoger was dan de opgave door Isla vermeldde.

Maar nu hebben we dus gevalideerde metingen in handen voor de afgelopen 8 maanden van de hoeveelheid SO2 afkomstig van alle bronnen behalve de Isla (zie tabel 1 hieronder). En deze metingen op Beth Chaim laten een hoeveelheid SO2 zien van gemiddeld 26,7 mcg/m3 SO2 !

Nu zal de Isla roepen, ja maar BOO draait niet op volle toeren. Dat klopt. BOO draaide in deze periode slechts op ca. 25 – 50 % van haar capaciteit en gebruikte iets schonere brandstof. De bijdrage van BOO op volle toeren is door StAB berekend op 33 mcg/m3 SO2 (niet betwist door Isla, zie MvA 10b) en kan in deze periode op gemiddeld 7 -14 mcg/m3 SO2 worden berekend. Blijft over een bijdrage van verkeer, Aqualectra en scheepvaart van ca. 13 – 20 mcg/m3 SO2, precies zoals wij al jaren stellen: de bijdrage van alle bronnen behalve Isla en CRU is 10-20 mcg/m3 SO2 (zie MvA 10c). Feitelijk is nu bewezen dat de bijdrage van CRU, Aqualectra, verkeer en scheepvaart tezamen aan de concentratie SO2 op leefniveau te Beth Chaim gemiddeld op jaarbasis maximaal 53 mcg/m3 SO2 bedraagt.

Dat betekent dat in 2014, toen er 170 mcg/m3 SO2 werd gemeten bij de meetkar te Beth Chaim de bijdrage van Isla 117 mcg/m3 SO2 is geweest. Dat is ook de berekende bijdrage op die locatie, op dat receptorpunt, als StAB de juiste en volledige gegevens van Isla had gekregen, en met gebruikmaking van de voor 2014 geldende actuele gegevens, zoals wij hebben aangetoond. De berekeningsmethode is de juiste, de input gegevens zijn dat nu aantoonbaar met gevalideerde meetgegevens te Beth Chaim, niet.

In ons pleidooi zal worden aangetoond dat de bijdrage van Isla benedenwinds van de raffinaderij in 2014 niet alleen (veel) meer dan 80 mcg/m3 SO2 is geweest, maar dat ook de dwangsom is verbeurd. Ik geef graag het woord aan de advocaten.

12 december 2018

Drs. Peter van Leeuwen

Voorzitter SMOC

Tabel 1

Gevalideerde metingen te Beth Chaim van SO2 (bron GGD Amsterdam)

Tabel gevalideerde metingen

 

 

 

 

Reacties zijn gesloten